DL-methionine bij blaasgruiskatten: zinvol of risico?

Het klinkt eenvoudig: een zuurmaker toevoegen en klaar. Maar werkt DL-methionine echt, en wanneer slaat het door naar risico’s? Deze uitleg mist vaak in de SERP: de koppeling “zuurmaker ↔ pH ↔ struviet” mét context over SG (urinedichtheid) en monitoring.

DL-methionine kan de urine zuurder maken en zo struviet helpen oplossen/voorkomen. Het is alleen zinvol bij struviet-problemen, in een juiste dosis en onder controle (pH/SG metingen). Te ver doorzuurde urine verhoogt juist het risico op calciumoxalaat. Overleg daarom altijd met je eigen dierenarts.

“Ik dacht dat één supplement álles oplost.”

“Tot ik leerde dat pH en waterinname net zo belangrijk zijn als het etiket.”

Waarom DL-methionine überhaupt werkt

DL-methionine is een urinezuurmaker (acidifier). Bij katten met struviet (magnesiumammoniumfosfaat) is de urine vaak te basisch. Een lagere pH (zuurder) lost struviet op of remt de kristalvorming. Belangrijk: pH is dynamisch, beïnvloed door eten, drinken en tijdstip.

Term uitgelegd: SG (urinedichtheid) = maat voor hoe geconcentreerd urine is. Lager SG → verdunde urine, minder kans op kristalvorming.

Mythes vs Feiten

Mythe 1: “DL-methionine is voor alle blaasgruis.”

Feit: Alleen struviet reageert gunstig op pH-daling. Calciumoxalaat vormt juist sneller in té zure urine. Zonder kristalsoort te weten, zuurmaker inzetten is gokken.

Mythe 2: “Meer zuurmaker = sneller resultaat.”

Feit: Overdoseren kan pH te laag maken, eetlust verminderen, braken veroorzaken en Ca-oxalaat-risico verhogen. Dosislogica en controles zijn essentieel.

Mythe 3: “Als pH vandaag goed is, is het klaar.”

Feit: pH varieert per maaltijd/uur. Serie-metingen (ochtend/avond, meerdere dagen) en SG-trend geven een betrouwbaarder beeld.

Wanneer wél, wanneer niet?

Zinvol bij:

Duidelijke struvietdiagnose (sediment/beeldvorming) of dieettraject gericht op struviet-oplossing.
Kat accepteert natvoer en drinkt redelijk; doel = pH matig verlagen + SG omlaag.

Niet zinvol/risicovol bij:

Onbekende kristalsoort of (vermoeden) calciumoxalaat.
Kat met slechte eetlust/overgeven of bestaande nierproblemen zonder dierenarts-kader.
Blind supplementeren naast al zuurmakende urinary-dieetvoeding.

Anker voor verdieping op site: Zie overkoepelende tips en supplementenkaders in Voedingsadvies & Supplementen.

Hoe beoordeel je de inzet (praktisch)

Startpunt bepalen: Laat kristalsoort en eventuele ontsteking (FIC/plug) vaststellen. Vraag naar pH-range en SG-doel voor jouw kat.
Dieet eerst: Een bewezen urinary-dieetvoeding (nat geniet voorkeur) pakt vaak 80% van het werk aan: meer vocht (SG omlaag) + gecontroleerde mineralen + milde urineverzuring. Ervaringen met merken vind je o.a. in Ervaringen met Hill’s Dieetvoer voor katten.
Pas dan supplement: DL-methionine alleen toevoegen als pH nog te hoog blijft en de dierenarts dat zinvol acht.

Urinemonster, pH-strips en potje voor thuismeting bij kat

Mini-meetplan voor thuis (3 dagen):

Dag 1–3: meet ochtend/avond pH (na 2–3 uur post-maaltijd). Noteer tijden.
Tel dagelijks wateropname (ml) en natvoer-porties (gram).
Streef naar stabielere pH in het door de dierenarts geadviseerde bereik en duidelijkere urine (SG-trend omlaag).
Voorbeeld: pH-metingen 6,9 → 6,5 → 6,4 en wateropname +80 ml/dag na overschakeling op natvoer.

Dosislogica: hoe denken artsen hierover?

Niet elke kat heeft supplement nodig. Start met natvoer + meer water (fontein, lauwwarm water door voer).
Kleine stappen, her-meten. Dosis is individueel; voer, drinkgedrag en gewicht spelen mee.
Bewaken: let op misselijkheid, minder eten, sloomheid → dosis terug/stop en dierenarts bellen.

“Ik merkte pas verschil toen ik natvoer verdubbelde en het supplement halveerde.”

“De strips gaven rust: niet elke schommeling is een ramp.”

Infografiek met twee urinemonsters: pH 7,2 vs 6,4 bij kat

Ervaringen van derden (samengevat)

De ervaringen hieronder zijn samengebracht uit openbare (internationale) forums, Reddit en (openbare) Facebookgroepen; het zijn geen eigen praktijkervaringen van deze site.

Algemene trend: Eigenaren zien het meeste effect wanneer natvoer → hogere vochtinname wordt gecombineerd met een milde urineverzurer; “alleen een pilletje” werkt zelden.
Valkuil: Te snel verhogen “om pH te forceren” leidt tot te zure urine en eetlustverlies; meerdere eigenaren moesten daarna weer afbouwen.
Wat werkt vaker: Seriemetingen (pH/SG) en overleg over dieetaanpassingen vóór supplementen; succesrapporten komen vooral van katten met bevestigde struviet.

Anonieme uitspraak (geparafraseerd): “Pas toen we natvoer verdubbelden, zakte pH consistent; supplement bleef laag.”

Anonieme uitspraak (geparafraseerd): “Te snel verhogen gaf misselijkheid—op advies dosis omlaag en weer stabiel.”

(UGC is geparafraseerd en geanonimiseerd; geen namen/handles.)

Kat drinkt uit waterfontein naast schaaltje natvoer in Nederlandse woonkamer

Wetenschap in één alinea (+ citaat)

Een gecontroleerde studie bij gezonde katten liet zien dat DL-methionine als urinezuurmaker de urine-pH verlaagt en de struviet-activiteitsproducten vermindert — het mechanisme waarop veel urinary-diëten leunen. Zoals M. Funaba (Laboratory of Animal Nutrition, Kyoto University) samenvat: “Supplementation with D,L-methionine decreased urinary pH and struvite activity product in clinically normal cats.” PubMed-samenvatting.

Waarom relevant: het bevestigt het waarom achter DL-methionine, maar zegt niets over jouw kat → daarom blijft maatwerk en monitoring nodig.